Naar het kleine Uruguay
República Oriental del Uruguay ligt als een kleine (politieke) buffer tussen zijn twee reusachtige buurlanden Brazilië en Argentinië. Met een oppervlakte van 176.320 vierkante kilometer is het vijf maal zo groot als Nederland. Urugay komt uit de Guaraní-taal en betekent onder meer ‘rivier van de waterslangen’. Ooit heettte het gebied ook wel Banda Oriental, ‘oostelijke oever’ van de Río de la Plata.
Met een alfabetiseringsgraad van 97 procent, traditioneel één van de minst ongelijke inkomensverdelingen van Latijns-Amerika (een kwart van de huishoudens verkeert nog altijd onder de armoedegrens van US$ 2,- per dag) en een hoge sociale ontwikkeling klinkt Uruguay als het Zwitserland van dit continent.
Echter: “Ten gevolge van devaluatie van de real in Brazilië in 1999 en de Argentijnse crisis van 2001 beleefde Uruguay in 2002 en 2003 de ergste economische crisis van zijn geschiedenis. De werkloosheid bereikte een historisch record van 20 %. Het BNP daalde in reële termen met meer dan 10 % en in dollars uitgedrukt met bijna een derde. De levensstandaard, met name die van de middenklasse, verslechterde sterk en arbeidsconflicten namen toe. Veel buitenlandse bedrijven sloten hun vestigingen.” (Bron: website van het Nederlandse Ministerie van Buitenlandse Zaken).
Vooraf ben ik benieuwd wat ik hiervan zal merken tijdens mijn bezoek aan Montevideo, en ook fascineert het me – net als bij Paraguay en Argentinië – dat Uruguay in een recent verleden nog gebukt ging onder een militair regime (1973-1985) en de mensenrechten grof werden geschonden.
Zondagmiddag zie ik tussen Córdoba en de zonsondergang weer oneindig glooiende pampavelden en agrarische stadjes, met als opvallende uitblinkers een fantastisch gespikkeld 101 Dalmatiërs-paard, een hooggehakte blondine met enorme zonnebril in volle vaart op haar roze scooter en – onverstoorbaar liggend op de treeplank - haar sneeuwwitte poedel. Bij een bosje schiet een wilde vos weg.
Om 3 uur ’s nachts passeren we de grensovergang tussen Gualeguaychú en Fray Bentos. Argentinië en Uruguay worden hier gescheiden door de Río Uruguay, en tijdens het lange wachten op de paspoortstempels vertelt een medepassagier dat hij voor zijn werk in de drinkwaterindustrie veelvuldig tussen Córdoba en Mercedes (nog 45 minuten rijden) heen- en weer reist. Achter ons staat op de Uruguayaanse oever van de grensrivier een van de twee cellulose-fabrieken die politieke spanningen veroorzaken tussen beide buurlanden. In deze fabriek worden houtsnippers tot papierpulp verwerkt en chemicalieën gebruikt die het grensoverschrijdende rivierwater ernstig vervuilen. De Spaanse regering bemiddelt in dit conflict. Weer wat geleerd.
Affijn, uiteindelijk bereiken we Montevideo en laat ik alle overtollige bagage achter bij een nieuw hotel voor een ochtendwandeling. Een paar uur later krijg ik mijn kamersleutel. Tot mijn verrassing zit ik op de tiende (hoogste) etage met uitzicht op de Río de la Plata, niet slecht!
Op de begane grond van de hoofdstad heb ik dan al veel moois en intrigerends gezien, waaronder dit Mausoleo del Artigas en futuristische kantoorgebouw op Plaza Independencia. In het mausoleum worden de stoffelijke resten bewaakt van José Gervasio Artigas. Hij leidde in 1811 met succes een opstand tegen de Spaanse kolonisators. Nadat Uruguay een federatie stichtte met Argentinië, werd het in 1821 echter geannexeerd door Brazilië. Vier jaar later riepen Uruguayaanse patriotten de onafhankelijkheid uit en met behulp van het Argentijnse leger werden de Braziliaanse troepen verslagen. In 1828 werd Uruguay officieel onafhankelijk.
Er valt nog zoveel te vertellen en te laten zien, maar nu ga ik echt naar buiten!